Media

 

Waarom ,,Expeditie Robinson'' reality-tv is voor gevorderden


BRUSSEL -- ,,Dit is het enige spelprogramma waar ik me voor zou inschrijven'', zegt Eva Willems, die verbonden is aan het Kaaitheater in Brussel. ,,Het is ook de enige vorm van reality-tv waar ik en mijn kennissen al eens naar kijken.''

Willems is een van de acht Belgische deelnemers aan Expeditie Robinson, waarvan de vierde reeks vanavond van start gaat. Samen met acht Nederlanders komen ze, verdeeld over een mannen- en een vrouwenkamp, op twee onbewoonde eilanden terecht. Dan begint een wekenlange strijd tegen de hitte, zandvlooien, intriges en vooral: tegen de honger. De rantsoenen zijn erg beperkt en op de eilanden is weinig eetbaars te vinden.

Dat ook hogeropgeleiden op Expeditie Robinson afstemmen, komt onder andere omdat het programma kandidaten als Willems aantrekt. Dit jaar doet er zelfs een psycholoog mee, de 28-jarige Robin Ibens. ,,Een gratis experiment waarmee je nog eens 50.000 euro kunt winnen'', noemt hij het programma. Ook de anderen hebben een hoger profiel dan de doorsnee Big brother- deelnemer: een student, een kok, een huisarts, een vertegenwoordiger, een interieurontwerper en een zakenman. Kortom: mensen waarmee elke intelligente tv-kijker zich kan identificeren.

Die herkenbaarheid heb je niet bij Big brother, bijvoorbeeld. Het kan een tijdje amusant zijn om te zien hoe wanhopig sommige mensen smachten naar enige bekendheid, maar na verloop van tijd gaat dat toch vervelen. Bovendien is hun opsluiting in het huis een ongemak, terwijl de ontberingen van de kandidaten van Expeditie Robinson écht zwaar zijn. Dat maakt ook het programma echter.

Toch hebben de kandidaten zich niet meticuleus voorbereid op het avontuur. ,,Ach, je mag vijftig manieren kennen om vis te vangen, maar als er geen vis zit, zul je toch niets vangen'', zegt Karen Vanautgaerden, een van de andere Belgische vrouwen.

Ook de andere eilandbewoners betwijfelen of een grondige voorbereiding op het programma veel nut heeft. ,,Bijna iedereen heeft natuurlijk het SAS-boek eens doorgenomen (het boek met survivaltips van de Britse legereenheid Special Air Service -- red. ) en zelf heb ik eens een cd-rom bekeken met alle eetbare planten in Zuidoost-Azië'', zegt Geert Van Speybroek, die in het gewone leven lesgeeft in survivaltechnieken. ,,Maar als je daar staat, twijfel je toch.''

Sommige deelnemers wílden zich zelfs niet voorbereiden op het avontuur. Met hun deelname aan Expeditie Robinson willen ze zichzelf bewijzen, hun grenzen verleggen, een tijdje in de natuur leven zonder enige luxe, testen hoe ze functioneren in een groep of gewoon een boeiende reis maken. Op de Maleisische eilanden waar Expeditie Robinson wordt opgenomen, ontstaat een interessante sociale interactie. Een manager moet er bevelen opvolgen in plaats van uitdelen, een vrouw moet een groep van zeven mannen onder de knoet houden, en de Belgische kandidaten moeten er met de Nederlanders overeen zien te komen. Het programma is namelijk een coproductie met de Nederlandse zender Net5, en voor een keer is dat geen nadeel, maar eerder een voordeel, want de spanningen tussen de twee nationaliteiten is een leuk bijkomend element.

De psychologische strijd is ook steeds belangrijker geworden in het programma. Aanvankelijk moest Expeditie Robinson het hebben van het exotische en van de spannende, vaak weerzinwekkende proeven. Maar de makers hebben geleerd dat de strijd van een individu dat voelt dat zijn plaats in een groep wordt bedreigd veel spectaculairder is dan mensen die dikke wormen proberen naar binnen te spelen. Vorig jaar hadden ze voor het eerst de mannen en de vrouwen een tijdje gescheiden gehouden, wat heel interessante inzichten opleverde over de verschillen tussen de seksen.

Dit jaar wordt daarop voortgeborduurd door een man de leiding te geven van het vrouwenkamp en een vrouw aan het hoofd van het mannenkamp te plaatsen. Björn Lemeire, de 34-jarige vrachtwagenchauffeur die zich over de vrouwen moet ontfermen, valt op. Hij ziet er van nature al uit als iemand die op een onbewoond eiland woont, maar spreekt met hetzelfde zachte timbre als Johan Museeuw. Een godsgeschenk voor de makers, noemen ze dat.

<< terug naar "Media"